6. Heimwee en een warm weerzien
Marti is een oud-collega van ons die het amibitieuze plan heeft opgevat om de Continental Divide Trail (CDT) te lopen, een monstertocht die loopt van de Mexicaanse grens tot aan Canada en ongeveer 4875 kilometer lang is... volg haar avonturen van voorbereiding tot evaluatie.
Week 8:
Dag 50: maandag 13/6: 37.3 km, in het gras tussen de Slane Creek en road 114
Dag 51: dinsdag 14/6: 29 km, bij de Long Branch Trail Junction
Dag 52: woensdag 15/6: 14.5 km, nearo, naar Sargents
Dag 53: donderdag 16/6: 16.4 km, nearo, Monarch Pass → hitch naar Salida
Dag 54: vrijdag 17/6: zero - Haydukes Hideout
Dag 55: zaterdag 18/6: zero - Haydukes Hideout
Dag 56: zondag 19/6: zero - Motel in t’ centrum van Salida
Week 9:
Dag 57: maandag 20/6: zero - Motel in t’ centrum van Salida
Dag 58: dinsdag 21/6: zero - Butterfly House near Monarch Pass
Dag 59: woensdag 22/6: 24.6 km - ter hoogte van Tunnel Lake
Dag 60: donderdag 23/6: 27.7 km - Sanford Creek
Dag 61: vrijdag 24/6: 23.5 km - Illinois Creek
Dag 62: zaterdag 25/6: 23.0 km - Halfway up hope pass
Dag 63: zondag 26/6: 12.3 km, nearo - Twin Lakes → naar Basalt
totaal gehiked: 208.3 km
De morgen is ijzig koud en de schoenen waarmee we gisteravond door de rivier gewaad hebben, zijn bevroren. Maar de zon schijnt en de lucht ruikt al zoet naar de warmte die er aankomt. Bibberend in ijsklompjes waggel ik achter Dev aan. De uitzichten zijn vandaag prachtig en zo afwisselend, het ene moment zijn we in een groene vallei, om vervolgens een berg op te klimmen en begroet te worden met uitgestrekte golvende velden. Ondertussen heeft de zon de aarde weer opgewarmd en gezellig babbelend lopen we voorbij het 1000 mijlpunt zonder het op te merken. We zijn op iets minder dan ⅓ van de hike. We maken goede tijd en zijn relatief vroeg bij ons doel voor de dag, Gump wacht daar al op ons. De heren besluiten om te proberen wat bier te regelen en ik ga rusten in mijn tent. Mijn heup doet vreselijk pijn en voor heel even vind ik mijzelf erg zielig. Maar dan staan Dev en Gump met brede grijnzen voor mijn tent en gooien een blikje bier naar mij. Het is gelukt en de autobestuurder heeft ze ook gewaarschuwd voor de storm die vanavond moet waaien. We verstevigen onze tentharingen met extra stenen en wikkelen ons in voor een ongedurige nacht.
De stenen hebben het gehouden en na een snel ontbijt gaan we verder. Vandaag staan er een paar fikse beklimmingen op het programma. Het uitzicht is prachtig, maar man man man dit hakt er wel in hoor en die heup wordt er ook niet beter op. De jongens zijn ergens ver vooruit en alleen loop ik de laatste berg op. Bovenop de top trek ik het niet meer en plop ik pardoes op een steen en ga eerst maar eens een goed potje janken. Héhé dat lucht op, ik mis Sprouts, Paley, Rattler en Bummi zo erg, pas hier op deze steen besef ik dat ik heimwee heb. Niet direct naar Nederland en mijn vrienden en familie thuis, maar naar mijn familie hier on trail. Ik raap mijzelf weer bij elkaar en strompel naar benee. En daar staat Dev al zijn tentje op te zetten, 5 km eerder dan we hadden gepland. Dev is in het dagelijks leven verpleegkundige en heeft blijkbaar de afgelopen dagen mij in de gaten gehouden en had door dat vandaag toch echt teveel was. Ik begin pardoes weer te huilen, dit keer van opluchting. Mijn trail family is niet hier, maar Dev wel. We sturen een berichtje naar Gump dat we een iets andere route gaan doen en we morgen een detour maken naar Sargents zodat ik kan bijkomen. Hij heeft daar geen behoefte aan en belooft op ons te wachten in Salida, de eerst volgende grote stad.
Dev en ik gaan echter van de gebaande wegen af en lopen door een prachtig dal naar Sargents, een schattig dorpje in the middle of absolutely no where. Maar hoewel er eigenlijk helemaal niets is in dit dorpje, is er de Tomichi Creek Trading Post. En de trading post is heaven on earth. Het grasveldje waar hikers mogen kamperen ligt direct naar een prachtig vrolijk kabbelend riviertje, er is een goede douche en er zijn wasmachines en drogers. Maar het beste van alles er is een restaurant. Een restaurant dat geen enkele reden heeft om hier een goede chef te hebben, concurrentie is er niet, maar wow! Wat een keuken en wat een voedsel. Beste BURGER EVER!
Onder het genot van een biertje plannen we de volgende dagen, beide missen we onze trail families en die gaan alle twee in hetzelfde tempo. We besluiten langs de highway naar Monarch Pass te lopen, daar waar de CDT de weg oversteekt, en vandaar naar Salida te hitchen. In Salida willen we dan wachten op onze trail families en kan ik langs bij een fysiotherapeut voor mijn heup.
Maar eerst moeten we de highway trotseren. Wat een stuk gevaarlijker blijkt te zijn dan ik had verwacht. Omdat Monarch Pass een stuk hoger ligt dan Sargents moeten we een stuk klimmen en alleen de kant naast het ravijn heeft een beetje ruimte voor ons. De meeste auto’s (het is godzijdank wel een dubbele baan) geven ons de ruimte, maar een paar eikels (mijn excuses, maar dit is de vriendelijke variant) gaan expres dichterbij en sneller rijden. Doodeng, maar godzijdank gaat alles goed en komen we aan bij de Pass, daar krijgen we direct een lift van een meneer die eigenlijk de andere kant op ging maar ons zag lopen en dacht dat kan zo niet. En hij rijdt ons helemaal naar het hiker hostel waar we de volgende dagen blijven. Hayduke’s Hideout is een plek gerund door twee vroegere thruhikers die nu gesettled zijn in Salida en hun garage en achtertuin hebben geopend voor hikers. Het is echt hiker trash, een oase voor hikers, maar gewone mensen zouden dit maar een aftandse bedoening vinden. Na bijna twee maanden op de trail zie ik hier echter het paradijs dat het is. Het is een ontmoetingsplek voor hikers en we koken hier grote maaltijden voor iedereen die er is. Op de tweede dag van ons verblijf krijgt Dev te horen dat een goede vriendin is overleden en haar begrafenis de volgende week is. Hij boekt een ticket voor zaterdag en belooft dat hij na de begrafenis weer terug komt. Als ik die ochtend afscheid van hem neem, weet ik niet dat dit de laatste keer is dat ik hem zal zien. Dev komt uiteindelijk niet meer terug op de CDT. Ook Gump zal ik nooit meer zien, we appen nog wel af en toe, maar ook dat verwatert uiteindelijk. Via via heb ik gehoord dat hij de Canadese grens heeft gehaald.
En daar zit ik dan. Alweer alleen. Alleen zijn duurt echter in een plek als Salida en Haydukes niet lang en een trail family die ik in Grants ben tegengekomen neemt mij (en heel even Dev) vrijdag en zaterdag onder de hoede, zij zijn van plan om omhoog te flippen naar Wyoming en daar eerst door de Basin te gaan (een zeer warme, droge vlakte) voordat het er echt te heet is en Colorado nog wat tijd te geven de sneeuw te laten smelten. Het zijn super lieve mensen en binnen de kortste keren hoor ik er helemaal bij. Ze vragen of ik met ze mee wil gaan, maar mijn besluit staat vast. Ik wacht op mijn familie. En dan stopt er op zaterdag namiddag een auto bij Hayduke en hoor ik twee hele bekende stemmen de bestuurder bedanken. Ik een schreeuw vlieg op en ren naar buiten, en ja, daar staan ze. Sprouts en Pale Ale! Hoe? Wat? Waar? Huh?! Ik kan ze alleen maar knuffelen, zo blij ben ik.
Later op de bank vertellen ze dat ze mij ook hebben zo vreselijk hebben gemist en toen ze erachter kwamen dat ik van plan was om bijna anderhalve week op ze te wachten, besloten ze om gewoon een stukje over te slaan en naar mij toe te hitchen. Hun tempo is namelijk iets lager dan dat van de heren en zo kunnen de mannen ons makkelijk inhalen voordat Pale Ale en Bummi weer naar huis gaan. We besluiten nog wel een paar dagen te blijven om wat te rusten en vooral zodat ik naar de fysio kan, verder komt de volgende dag My Best Friend hierheen. De volgende drie dagen wordt er veel gelachen, oude bekenden weer zien, gezwommen in de rivier, gegeten en gedronken. Voor de laatste overnachting gaan we naar Butterfly House, ook een hiker hostel, maar veel dichter bij Monarch Pass. Zo hoeven we de volgende dag niet eerst te hitchen naar de trail en kunnen we gewoon direct gaan hiken. Ik maak ‘s avonds Nederlandse pannenkoeken voor Sprouts, Pale Ale en Longstride. Een hiker waarmee ik op dag een in de shuttle zat en die ook een tijdje met Sprouts en Pale Ale heeft gehiked voor de Gila in New Mexico.
Na een week niet hiken, mag ik dan eindelijk weer. Het begint direct goed met een lekkere steile klim, het is een prachtige dag en we schieten prachtig op. En dan slaat het weer om, de wind steekt op en donkere wolken hangen dreigend boven onze hoofden. Uiteraard is dit dan ook de plek waar ik voor het eerst weer verschillende sneeuw crossings moet doen, ik weet mijn kalmte te bewaren, maar sta na de crossings te trillen op mijn spikes. Dit is het moment waar de wolken op hebben gewacht en ze scheuren boven onze hoofden open. Gauw zoeken we een plek voor onze tenten en verkleumd vallen we snel in slaap. Bij het ontbijt de volgende dag bespreken we de route er is een alternate die wat sneeuw crossings vermijd, maar wel een langere en hogere klim heeft. We besluiten te splitsen Sprouts, Paley en Longstride gaan over de sneeuw crossings en ik neem de langere klim. Het betekent ook dat ik ze een nacht niet ga zien, maar we spreken af op elkaar te wachten waar de alternate weer bij de rode lijn komt. Hoewel ik wil geloven dat hun route erg mooi is, kan ik niets anders zeggen dan dat ik over de maan ben met mijn keuze. De uitzichten zijn prachtig en hoewel ik een paar keer zowat van de weg wordt afgereden door quads op steriods, stoppen er een paar en krijg een biertje en een gezellig praatje ervoor terug. Na een fijne wandeling zet ik ‘s avonds op een idyllisch plekje mijn tent, stuur een berichtje naar de anderen via mijn Garmin en val als een blok in slaap.
Het is een prachtige dag en ik loop vlot door, waardoor ik als eerder op de afgesproken plek ben. Als een hobbit zo blij zit ik van mijn tweede lunch te genieten in het zonnetje als dan ook eindelijk de drie andere zich bij mij voegen. Nog een laatste klim en dan is ook deze dag weer voorbij. Het is iets in de bergen van Colorado dat elke keer als ik denk “ooh nu kan ik het, nu ben ik niet meer bang.” Dat er een twist komt die mij weer in mijn schoenen doet bibberen. De volgende dag is er zo eentje, in de vorm van Lake Ann Pass. De klim was best al spannend, maar van wat slippende stenen op een minimaal smal paadje boven een steile helling word ik ondertussen niet meer warm of koud, wat er echter aan de andere kant van de pas op ons lag te wachten, daar werden zelfs de andere niet vrolijk van. Een sneeuwluifel, een sneeuwkam die over de pas heen hangt en er van onze locatie niet heel stevig uit ziet. Ik ben de derde in de rij en eerlijk is eerlijk het gaat goed, totdat Paley die voor aanloopt het niet meer aandurft en Longstride die achter haar loopt ook geen stap naar achter meer durft te zetten. Sprouts en ik proberen de andere twee kalm te houden en ze weer van de sneeuwplaat af te krijgen, zonder succes. En dan komt als een reddende engel Windchime eraan, zij heeft veel ervaring in de bergen en zodra ze door heeft dat de situatie met de seconde spannender wordt gooit ze haar rugzak boven ervan af en komt van opzij langs om ons naar beneden te helpen. Ik heb nog nooit zoveel van iemand gehouden als van Windchime op dat moment. Wat een pracht mens! De rest van vandaag gaat door een dal om tot slot loodrecht omhoog te gaan richting Hope Pass, het eerste gedeelte is zo steil dat we bij het enige platte plekje besluiten te stoppen en voor vandaag onze verzuurde ledematen bij te laten komen. In de morgen beklimmen we het laatste stuk, dat beduidend vriendelijke voor de kuitspieren is en vergapen we ons aan weer een prachtig uitzicht. De laatste 10 kilometer naar Twin Lake is zo gedaan. En daar worden we verwelkomd door de tante en oom van Sprouts die hier in de buurt wonen en waar we mogen overnachten.
De afgelopen twee weken zijn intensief geweest al was het niet altijd met hiken ;)
Tot de volgende blog, lieve mensen!
Stumblebee / Marti